Veelal hebben gemeenten beeldbepalende, beeldondersteunende of karakteristieke panden aangewezen. Deze hebben zij beschermd middels de verankering van cultuurhistorie in de ruimtelijke ordening via het bestemmingsplan, of via de erfgoedverordening. Deze panden liggen niet alleen in beschermde stads- of dorpsgezichten, waar zij integraal onderdeel van uitmaken, maar ook daarbuiten in het stedelijke of landelijke gebied.
Beeldbepalende of karakteristieke panden zijn van zichzelf van cultuurhistorische waarde. Meestal geldt daarvoor echter geen integrale bescherming (ook interieur en achterkant) zoals bij monumenten, maar alleen een bescherming van de cultuurhistorische waarden zichtbaar vanaf de openbare ruimte. Gemeenten nemen meestal minimaal een vergunningsplicht op voor gehele of gedeeltelijke sloop, maar het kan ook gaan om een vergunningsplicht, criteria of weigeringsgronden bij aan- of verbouwingen of werkzaamheden geen bouwen zijnde.
Beeldondersteunende panden zijn meestal als individueel object niet van hele grote cultuurhistorische waarden, maar spelen een belangrijke rol als integraal onderdeel van een waardevol ensemble of structuur. Voor deze panden geldt meestal alleen een vergunningsplicht voor gehele of gedeeltelijke sloop.
Naast panden kunnen ook gebouwde objecten de aanduiding beeldbepalend of karakteristiek hebben.